De Lustige Reiziger

MARIANNE

Geachte mevrouw Tiemme (of zullen we meteen maar jij'en en jouw'en). Ok, doen we dat!

Beste Jij (nee da's flauw), beste Marianne,

Omdat je niet tot mijn trouwe volgers behoort. Een ultra kortre inleiding. Mijn naam is Gerrit Pleijter. En ik reis momenteel op mijn fiets door Peru,

Gisteren kwam ik rond een uur of drie het dorpje Pucara binnengerold. Een plaatsje niet ver van het Titicacameer. Op zichzelf geen bijzonder plaatsje, Of het moet zijn dat er regelmatig toeristenbussen stoppen. Voor het kopen van souvenirs. Wat te eten. Of een sanitaire stop. Zeg maar gewoon pissen en poepen. Kan jij vast wel tegen. Dergelijk dierlijk taalgebruik.

Voor mij was dat wel even leuk die toeristen. Kon ik weer 's ff Engels spreken. En de nodige (fiets)complimentjes in ontvangst nemen.

Wat ook een compliment leek te zijn was dat ik binnengehaald werd door de plaatselijke fanfare. En een hele stoet mensen volgden hen. Wat een feest!
Ik dacht dat het met het ophanden zijnde jaarwisseling van doen had. En liet ze mooi begaan.

Toch bleef de feestvreugde aanhouden. En er klonk ook vuurwerk.

En daarom ging ik na een douche (het werd tijd na 4 dagen doucheloos door het leven gegaan te zijn, daar ben jij toch ook niet van?) op het geluid af. En dat bracht mij bij een soort stadion of arena. Ik wist het niet precies. Kon ook niet naar binnen kijken. Want er stond een flinke muur omheen. Welnu. Een kaartje koste 3 SOL (omgerekend 0,80 eurocent). Dus die was snel betaald.

Binnengekomen zag ik dat het stampendvol was. Mensen zaten hutje mutje. En ook op de daken van huizen werd in de arena gekeken.

Het duurde even voordat ik het me helemaal realiseerde,echter opeens had ik het door: Een arena! Stierenvechten!! Daar was ik beland.

Tja. Het duurde even voordat de eerste stier het strijdperk betrad. Er werd wat gedold met de stier. En daar ben ik ook niet van. Maar iets van bloed kwam er niet aan te pas.

Dat werd ietsjepietsje anders bij de volgende stier. Ik zal een lang en onsmakelijk verhaal flink inkorten. De stier werd gedurende een kwartier flink gedold. Daarna stak een man 2 speren in het beest. Daarop werd het dier helemaal gek. Het dier werd weer gedold. En uiteindelijk na een lijdensweg van circa drie kwartier zakte het beest door de hoeven. En werd het de keel doorgesneden en onder luid applaus afgevoerd. Een en ander gedegeslagen door 1500 wild enthousiaste Peruvianen.

En nu zit ik er een beetje mee. Ik weet namelijk dat u en uw partij: Partij voor de Dieren dit wil verbieden. En laat ik de kou even uit de lucht halen: voor mij hoeft het ook niet. Met mijn Westerse blik er naar kijkend is het wreed, dieronterend en smakeloos.

Maar ja. Dat is mijn Westerse blik. En daar hebben de mensen hier geen boodschap aan. Dat stierenvechten zit in hun genen. Is cultureel bepaald. Is een vorm van vermaak voor hen. Het is ook een heel spectakel. Met dorpoudsten die een bepaalde rol hebben. Rituelen. Tradtie's. Bier, Veel bier. Hapjes buiten en rond de Arena. En veel muziek. Het hele gezin is aanwezig. Jong en oud. Een familiegebeuren.

Beste Marianne, ik zit er een beetje mee. Met zo'n verbod. En het opleggen ervan. Ik bedoel. Het is toch hun cultuur. Hoe wreed wij dat ook vinden. Hoe vreselijk wij dat ook vinden. Dieren doden. Ogenschijnlijk voor niemendal.

Je zegt. 'Alles wat ooit cultureel bepaald is hoeft toch niet per definitie goed te zijn'. Jaha!! Heb jij een punt.

Daar hebben wij natuurlijk zelf in ons kikkerlandje de beste voorbeelden van rondlopen.

Ik noem een Nick. Ik noem een Simon. Of Jan Smit, of nog ergerdede zus van Jan Smit.Enwat te denken vanWolter Kroes, de randdebiel. Marianne Weber (kandieniedood?) ofVader Abraham. En zo kan ik nog wel een rijtje randebielen oplepelen.

En neemons Sinterklaasfeest. Dat is dan onze cultuur. Die tolereren wij toch ook. Of nog sterker: dat koesteren we. Dat laten we toch ook niet zomaar van ons afpakken.Dan staan wij toch ook op onze achterste benen. Op e barricaden.En wat dacht je van de rietmandenvlechters. Boerenkapellen. Of nog erger: klompendansers. 'Die roeien wij toch ook niet uit', terwijl we daar toch hele goede redenen voor zouden kunnenbedenken.Op dat tuig gooien wij toch ook geen clusterbommen. Da's nl onze cultuur. Zit in onze genen. Ik zeg DNA. Ik zeg Chromosomen. Ik zeg: genetisch bepaald. Tuurlijk weet ik wel dat de voorbeelden die ik aandraag geen dieren betreffen. Maar het gaat mij om het principe. Begrijp je.

Kortom, ik denk dat het tijd wordt voor een persoonlijk gesprek. Kunnen we fijn alle standpunten 's ff delen onder het sluperende genot van een fijn glaasje wortelbietensap. En gezellig een vegaburger knagen. Zelf geef ik de voorkeur aan de vegaballetjes. Heb je toch net ff meer die vleesbite. Dus als het jou niet uitmaakt..... Kijk maar even. Reserveer jij een tafeltje?

Tenslotte: ik ben (ook) voor de afschaffing van de bio-industrie.

Een lieve dierlijke groet,

Gerrit Pleijter
je kunt me desgewenst mailen op: stierenvechtenverbieden@ikweethetzonetnognetnie.pe

EAGLES

Dat was nog helemaal geen zekerheidje dat ik vandaag mijn stalen ros zou kunnen beklimmen.

Gisteren heb ik een noodgedwongen een rustdag ingelast. Niet erg. Want het stadje was leuk en levendig. Veel te zien. Veel te beleven. Maar ik begon me gedurende de dag niet beter te voelen. Eerder slechter. Ik denk dat ik toch een tik van de hoogteziekte te pakken heb.

Maar nu ik zo opsta deze ochtend voel ik me eigenlijk behoorlijk ok. Ik zet een muziekje op en begin mijn spullen te pakken. Het zijn in totaal 5 tassen en het begint inmiddels een routineklusje te worden. Als ik echt wil ben ik met een half uurtje gepakt en gezakt op pad.

En dat lukt vandaag ook. Maar ik moet wel nog een ontbijtje (spreek uit: le dezajoenoo) scoren. Een van de leuke dingen in Peru is dat dat meestal gewoon op straat kan. Daar worden broodjes voor je gesmeerd. En er is altijd wel iets van heet water. Waar ik dan weer een zakje in kan hangen. Zo ook vanochtend. Ik zit lekker van 2 broodjes met jam te bunkeren en een bak thee te slurpen. Zo langs de straat. En ik ben niet alleen. Zeker niet.

De belangstelling is groot wanneer zo'n vreemdeling zich aankondigt. Er wordt mij van alles gevraagd. Waar ik vandaan kom? Waar ik naar toe ga? Of ik Solo ga/ben? Het gebeurd ook regelmatig dat auto's en vrachtauto's naar me toeteren en zwaaien (de bestuurders dan). Ook gebeurd het vaak dat mensen vragen of ik met ze op de foto wil. En natuurlijk wil ik dat. Ik kom vast in menig Peruviaans fotoplakboek te staan. En dat lijkt me toch geen aanbeveling voor het fotoboek in kwestie.

Mijn ontbijt zit achter te kiezen. En zakt vermoedelijk nog wel wat verder ook. Althans dat hoop ik maar. Want als dat goedje de hele dag achter mijn kiezen blijft plakken?! Daar zit deze jongen dus niet op te wachten.

Ik koop nog 2 flessen water, 5 kleine bananen en een mango. Jeetje, wat ben ik gek op die dingen. Die mango's! De redenen waarom ik me in Nederland een beetje inhoud is de prijs van die dingen. En dat ze vaak dan ook nog knetterhard zijn. Hier niet. Boterzacht. Eetklaar en -baar. En wel meteen! Dat zijn ze. En goedkoop. De Peruvianen importeren ze uit Ecuador. Ze worden hier op elke hoek van de straat te koop aangeboden.

Ik rol de stad uit. Het wegdek is slecht. Er staan grote plassen water in de diepe kuilen die door de overvloedige regenval van vannacht is veroorzaakt.

De weg klimt en daalt wat. Daarover maak ik me geen zorgen. Zorgwekkend is de pas waar ik vandaag overheen moet. De Abra la Raya. Een pas van 4312 meter hoogte. Die boezemt me voorwaar wat angst in. Mede omdat ik niet helemaal okselfrisfit ben.

Op kilometerpunt 28 kom ik bij Aquas Calllientes. En daar gelast ik iets van een rustpauze in. Hetblijkt een kuuroord te zijn met medicinale waterbaden. Als ik het vooraf geweten had ik een duik genomen. Ik kan voorwaar wel wat positieve medicinale invloeden gebruiken. Maar ik beperk mezelf tot het eten van kip en vis. Schijnen ook heilzaam te werken. Want die wordt hier bereid. Er staanzeven oventjesop een rijtjeopgesteld in de buitenlucht. En elk oventje wordt bevrouwd door iemand die mij maar al te graag van kip of vis wil voorzien. Tegen betaling, dat dan wel.Het eten iszo smakelijk dat ik bij eigenaresse nummer 2 ook nog maar wat bestel.Tijdens het verorberen van al dit lekker proberen tweeNepalese damesnet ff iets te opzichtig met mij aan te pappen, Ik ben niet geïnteresseerd. Want ik heb een pas te bedwingen!

Ik vertrek na eenuurtje rust.

De klim is inmiddels begonnen. Stijgingspercentages van 4-6% zijn geen uitzondering. De klim verloopt op zich geleidelijk. Maar de bochten zijn lang. En na elke bocht, u raad het al, is er weer een nieuwe bocht. De uitzichten zijn van het niveautje: wonderschoon. Ik fiets tussen besneeuwde bergtoppen van ruim 5500 meter hoogte. Enige dissonant is dat het flink is begonnen met regenen. O ja. Dasnogniealles: het is ook berekoud. Regenbroek aan. Handschoenen aan. Het regenwater striemt langs m'n gezicht. Het ademen gaat moeizaam. Ik raak regelmatig achter m'n adem. En daar is weer een nieuwe bocht. Potdomme. Dit begint serieus op werken te lijken. Ik moet er af en toe van af. Van mijn fiets. Soms voor foto's. Vaker om even op adem te komen.

Bij een tolpoort (want er moet gewoon tol betaald worden om die knoert te bedwingen, maar niet door mij) wordt mij verteld dat het nog 5 kilometer is. Dat geeft deze burger moed. Ik trap in de laagste versnelling. Rustig. Maar gestaag. Want dat is mijn geheim van bergfietsen. Zo licht mogelijk trappen. En rustig doordoen. Geen haast hebben. Geen gedachten van: 'ik zal en moet die top halen'. Gewoon doortrappen. Hij komt vanzelf.

En verdomd. Na de zoveelste bocht. Dan is ie er opeens. De top van de pas: Abra la Raya. Maar liefst 4312 meter hoog. Het enige dat er is zijn souvenirverkopers die hun handel hebben afgedekt met plastic. Ter bescherming tegen de regen.

Nu ik me zo naar boven heb geploeterd snap ik opeens waarom die gasten van de Tour de France geen fietstassen aan hun fietsen hangen. Want op zichzelf was dat toch wel logisch geweest. Lekker handig, Bidons er in. Eten. EPO,Infusen incl. naalden en bloedzakken. Lekker alles bij de hand. Maar nu snap ik het wel. Loodzwaar is het. Met zo 'n bepakte fiets.

Ik ben trots dat ik het gehaald heb. Zo hoog ben ik met een fiets nog nooit geweest. Ik maak de onvermijdelijke foto's. En maak me op voor de afdaling.

Het gaat best hard. Naar beneden. Maar het duurt maar 7 kilometer. Ik blijf steken op een hoogte van 3900 meter. Ik bevind me nu op de Altiplano. Zo heet het gebied hier. Alti staat voor hoogte. Plano voor vlak en glad. Het is dus een vlakke weg die zich enige honderden kilometers voortsleept op een hoogte van circa 3900 meter. Desolaat. Een bijzondere ervaring.

Het komt me zo voor dat het hier een stuk armoediger is dan aan de andere kant van de berg. Veel wrakkige huisjes. Ook staan veel huizen er verlaten bij. De mensen zijn ongelofelijk vriendelijk en ze groeten bijna allemaal als ik langs fiets. Foto's maken ligt hier wat gevoeliger. Ik pas me meteen aan.

Het is nog 25 kilometer naar Santa Rosa. Mijn eindbestemming. Voor vandaag dan. Het landschap is van een betoverende schoonheid. Ik rol na ruim 6 uren fietsen het dorpje binnen.

Bij het binnenfietsen moet ik aan dat nummer van the Eagles denken: There's a new Kid in Town. De inwoners bekijken me allemaal of ik een Allien ben. Nu ben ik dat misschien ook wel met m'n oranje jas, fietshelm en opgetuigde fiets. In hun ogen dan. Maar ik voel me net zo bekeken als dat ik op zondag mijn auto zou wassen ergens midden op de Veluwe.

Hoe dan ook: ik groet ze allemaal en lach veel.

Tja, het dorpje?! Je zou 't plaatsje kunnen vergelijken met pak 'm beet: Parijs. Ik zou het niet doen. Maar het kan wel. Of met Praag. Of met Londen. Kan allemaal. Maar ik zou het niet doen. Biddinghuizen komt meer in de buurt. Er is nl niet veel.

Ik vind een zeer bescheiden onderkomen. Eet in een van de weinige restaurantjes: groentesoep, kip en patat. Omdat dat dat het enige is dat op de afwezige menukaart stond.

Het was een supergeslaagde dag. Ik heb de hoogteziekte een kopje kleiner gemaakt. En de pas ook!!!

Mennnnnn wat ben ik trots!!

Adios!!

DENKOM

De gemeente Roermond had ooit een groot probleem.

Op de vele historische gebouwen in de stad werden aanplakbiljetten geplakt. Aanplakbiljetten waarop evenementen werdeen aangekondigd. Los van het feit dat dergelijke aankondigingen natuurlijk mistaan op oude gebouwen en kerken kostte het de gemeente ook vele tonnen op jaarbasis om de posters te (laten) verwijderen.

Vele oplossingen werden bedacht. Niet een werkte. Totdat men het idee kreeg aangereikt om 'mee te gaan plakken'. En zo gebeurde het dat op een dag gemeenteambtenaren aanplakbiljeten op historische gebouwen gingen plakken. Over de bestaande aanplakbiljetten heen. Met teksten als: 'evenment uitverkocht' of 'afgelast' of 'verplaatst'. Het probleem was binnen enkele maanden gereduceerd tot nivootje acceptabel.

Het is 2e kerstdag bij u. En hier ook trouwens. We leven hier zes uurtjes eerder. Maar voor de rest lopen we qua kerst gelijk. Ik vertrek. Het is vroeg. Het regent. En op het program staat een relatief korte etappe die mij gaat brengen naar Sicuani.

Ik heb zojuist een zelfbereid ontbijtje veroberd dat bestond uit 4 platte ronde broodjes met jam, 1 mandarijn en 1 banaan en 5 slokken cola. Mijn vader zou zeggen: 'de Koningin heeft niet lekkerder gegeten'. En zo is het Pa!

De eerste 20 kilometer verlopen soepel. Dan weer een klimmetje en dan weer het overmijdelijke dalen. Maar echt dalen doe ik niet want vandaag kom ik weer 300 meter dichterbij de wolkenhemel.

Het wegdek doet zijn naam eer aan. Het asfalt is gedurende de hele reis al van prima kwaliteit. Ik bouw een rustpauze in en doe dat bij een kerkje. Lijkt me op 2e kerstdag wel toepasselijk. Ik wil er een kaarsje aansteken maar ze wil geen vlam vatten.

Wat ook geen vlam wil vatten zijn de sigaretten en sigaren in Peru. Ik heb gedurende mijn reis (tot nu toe) niemand zien roken. Uw eigenste verslaggever heeft geprobeerd te achterhalen over het hoe en waarom. Maar helaas. Ik moet u het antwoord schuldig blijven. Misschien past het niet in de cultuur. Misschien is rookgerei wel te kostbaar. Of de Peruvianen zijn zich zeer bewust van de gezondheidrisico's. I don't know.

Het eten dat ze verorberen is daarentegen is weer iets minder gezond. Vet. Zeer vet!! Gevolg is dan ook dat het volkje hier dan ook.....eh....gezet is, qua postuur. Jonge vrouwen worden als snel wat dikkig. Volwassenen zijn zonder uitzondering dik. En dat kan ook bijna niet anders. Er wordt ontbeten met rijst en vlees. Rond 14.00 uur wordt een voorgerecht en een hoofdgerecht gegeten. En des 's avonds doen ze dat nog 's dunnetjes over. En dat is alleen nog maar de frequentie van eten. Het eten zelf is ook vet. In de Sopa drijft doorgaans een dikke laag met vet.

Na mijn rustpauze stap ik op. Tja, ik kan wel blijven zitten in dit kerkje. Maar dan kom in nooit in Bolivia.

De regen is vertrokken. De zon schijnt overvloedig. De temperatuur stijgt en dat doet de weg gelukkig niet. Die verloopt zo vlak als de Flevopolder. En daarbij is het landschap ook nog 's van buitengewone schoonheid. Het mooiste tot nu toe op mijn reis.

Alleen denken mijn benen daar ietsjepietsje anders over. Er komt een vermoeidheid binnengeslopen die z'n weega niet kent. Ik moet er regelmatig af om even op adem te komen. Is het de hoogte? Heb ik een energietekort? What's up Gerrit? Ik weet het niet. Maar een rustdagje ingelasten morgen lijkt me een goede keuze.

En over goede keuzes gesproken: ik heb net als de gemeente Roermond ook even omgedacht. Misschien niet helemaal volgens het boekje. Maar toch.

Ik schreef u eerder over mijn zadelpijn. Ik wilde u er niet mee lastig vallen. Maar ik heb alles geprobeerd om het zadelpijnleed te verzachten. Zadel hoger. Zadel lager. Stuurstand gewijzigd. Zader zelf in andere posities gezet (wel 20!!!). Andere fietsbroek. Andere fietsonderbroek, andere fietsbroek....... Afin, u heeft een beeld.

En toen dacht: ik zet zowel stuur als zadel in de originele stand. Even terug naar nul. Qua broek dan. En ik fiets dus nu zonder broek. Mwa.....helemaal zonder zou zeer waarschijnlijk rare reacties op roepen. Maar onderbroek en fietsonderbroek zitten nu onderin mijn fietstas. En ik koers onderbroekloos door Peru. En te vroeg juichen is nooit handig. I know! Duitsers scoren immers altijd in de laatste minuut. Maar de eerste signalen zijn hoopgevend.

Het is pas 13.00 uur wanneer ik Sicunai binnenrol. Een middelgrote stad. Ik vind er een prima hotelletje. Met een lauwwarme douche.

Ik denk dat ik hier maar 's twee nachtjes blijf plakken.

Hasta Luego (tot ziens)

BEEHHHHH......

Vanochtend vroeg ben ik uit Cuzco vertrokken. Tja. De fietszin was groot en alle gezondheidseinen stonden weer op groen.

Cuzco uitfietsen bleek op zichzelf niet eens zo'n geweldige klus. Ik moest de Avenu de Cultura vinden. En die dan helemaal uitfietsen. Dat ding vinden viel nog niet mee. Maar eenmaal gevonden rolde ik in anderhalf uur zo de stad uit. En was ik ook meteen 300 metertjes afgedaald. En dat lijkt fijn. En dat is ook fijn when it happens. Tuurlijk. Beentjes in de niet bewegen stand En rollen maar (een beetje gehandicapte moet dit gevoel herkennen....).Maar ff een klein dingetje. Een detail. Ik moet dezelfde dag nog ongeveer 400 meter stijgen. Dus dat is dan nu: 300 + 400........ Dat dan wel weer. Maar goed. Een kleinigheidje houd je altijd nietwaar.

Cuzo uitrijdend zie ik vooral veel gedoe. Gedoe met metaal. Met hout. Met olie. Heel veel olie. Gedoe met kabels. Leidingen. Kortom veel industrie. Ook kinderen die met bussen mee moeten en staan te wachten. En mensen op weg naar hun werk. Het glijd allemaal langs mee heen.

Het fietsen gaat fijn en soepel. Ik heb vanochtend mijn ketting wat strakker gelegd en dat trapt voelbaar een stuk beter. En dat is met een Santos-fiets nog een heel karwei. Zo'n ketting strakker leggen. De verkoper vertelde het ook pas toen ik mijn koopcontract net had ondertekend. O ja, nog een klein dingetje......

HietkomttiedespoedcursushoelegikeenkettingstrakkerbijeenSantosfiets (en alleen bij een Santos fiets anders kunnen er rare dingen gebeuren):
Het vehikel moet op z'n kop. Dan moeten er aan de onderzijde van het frame twee moeren los. Dan moet de trapas gefixeerd worden en dan heb je een hamer nodig ...... eh ja..... hamer in het Spaans? ........el martillo.......(graag gedaan deze spoedcursus 'hamer' in het Spaans, altijd handig als je zelf 's een ketting strakker moet leggen of iemand de hersens wil inslaan, kijk maar even wat het beste voelt).

Na veel vijven en zessen heb ik dan zo'n ding weten te bemachtigen. Met die martillo moet ik dan met veel gevoel een paar tikken tegen mijn gefixeerde trapas geven. En dan maar voelen. Als het goed lijkt dan moet het hele zaakie in omgekeerde volgorde weer vast worden gedraaid. Nog een keer voelen. Shit. Te strak. En zo herhaalt dit hele ritueel zich drie keer. En dan zit ie goed. Tijdens een fietsreis van tien weken rekt een ketting gemiddeld 1,5 -2 cm uit. Het is bijna niet voor te stellen dat ijzer in combinatie met slijtage zoveel uitrekt.

Ik voel dat lijf en leden nog niet helemaal gewend zijn aan de hier heersende hoogten. Ik adem zwaar. En veel vaker dan normaal. Ben kortademig. En daar hebben ze in Peru een middeltje voor: Coca bladeren. Coca bladeren zien er uit als laurierbladeren. Het gebruik ervan is eigenlijk illegaal maar zelfs in hotels staat een schaaltje klaar voor algemeen gebruik. 'Peruviaans gedoogbeleid'.

Het wordt aanbevolen bij hoogteziekte. Hoogteziekte kan gevaarlijk zijn. Knallende hoofdpijn, dorst, droge mond en kortademigheid zijn de verschijnselen. Wanneer je ze allemaal tegelijkertijd hebt en het duurt langer dan 1 dag dan moet je zo snel mogelijk naar lager gelegen gebieden afreizen. Maar omdat dat niet altijd mogelijk is er een medicijn (diamox). En dus hier in Peru de Coca-bladeren.

Ik geloof er niet zo in. Coca bladeren schijnen een hallucinerende werking te hebben. En ik denk dat daarom de mensen hier dat spulletje gebruiken. Ze knallen het in de thee. Kauwen er op. Iedereen heeft wel een voorraadje op zak. En het wordt overal te koop aangeboden.


Ik fiets tot een uur of 13.00 uur. En beland op een zeer vriendelijk 'Plaza des Armes' (het centrale plein) van een slaperig stoffig dorpje. Ik eet er de lekkerste Sopa (soep) tot nu toe. En omdat ie zo lekker smaakt neem ik ook een Segundo (tweede gerecht) en laat het me best smaken.

De zon schijnt overvloedig. Het landschap bestaat uit hoge bergen. Aan de randen van de wegen zijn boeren in de weer met het bewerken van het land. Mais wordt hier geteeld. En ook luzerne. Dat weer dienst doet als voer voor het vee. En vlas. Ook staan er van tijd tot tijd grote oppervlakken Eucalyptusbomen. Natuurbeschermingsorganisaties zijn niet blij met deze begin 19 eeuw uit Australië overgewaaide boom. Ze vermeerderen zich supersnel en verdringen de inlandse bomen. Maar de houtindustrie lijkt van de nood een deugd te maken. Ik zie van tijd tot zagerijen die de zeer snel groeiende bomen verwerken tot balken en palen.

Gaandeweg wordt het weer wat minder. Ik merk dat het weer op deze hoogten vrij snel om kan slaan. En dat doet het ook. Het begint met regenen. Eindelijk kunnen mijn waterdichte fietstassen doen waarvoor ik ze ingehuurd heb.

Rond 16.00 uur en na 55 zware kilometers rol ik Urcos binnen. Een iets groter plaatsje dan de dorpjes die mij vandaag verwelkomd hebben. Ik vind er een onderkomen. Maar de naam onderkomen mag het eigenlijk niet dragen. Want het geheel is slechts ten dele overdekt. En omdat het regent valt er ook wel wat water in mijn kamertje. En moet ik mijn fietstassen en overige onmisbare meezeulmeuk strategisch opstellen.....Heel best is het niet.

Op het centrale plein in het dorp is een kerstmarkt. Ik slenter er verschillende malen vierkant rond enkoop een lekkere vers gebakken maïskoek. Steun ik de plaatselijke middenstand ook nog wat.

In de avond vind ik een restaurant en dat bleek een weinig gelukkige keuze.Daarbij is het ook nog 's flink nat en koud hier.Ik vind dat ikvoldoende alibi heb verzameld om snel onder de wol te kruipen.

Morgen weer 300 meter klimmen. Ik lijk wel een (berg)geit.....beehhhhhh!!!

Buenos dias

HEILIG

Vandaag breng ik een bezoek aan de Sacred Valley: de Heilige Vallei!

Ik ben in Cuzco. Cuzco is een geweldig mooie stad. Misschien wel de mooiste stad van Peru.. Veel historie. Gebouwen met koloniale invloeden. Een geweldig mooi Plaza des Armas (centrum). Kortom er is flink wat te genieten hier.

Cuzco ligt op 3300 meter hoogte en dat is te merken aan mijnademhaling. De meest geringe inspanning zorgt al voor asemgebrek. Zo ongeveer elke minuut raak ik even achter mijn adem en moet even bijademhalen. Zo moet een hart- of astmapatient zich dus voelen?!

Cuzco dus. Cuzco is'de' uitvalsbasis voor een bezoek aan Machu Pichu en verschillende trekkings waaronder de Incatrek. En dus ook voor een bezoek aan de geheime vallei.

Die vallei kun je vergelijk met eh.........tja leg dat 's ff uit Gerrit. Nou, neem bijvoorbeeld Lelystad. En dat dat dan Cuzco is. Dat liggen Biddinghuizen, Swifterbant, Zeewolde in de geheime vallei. Zoiets. Alleen is Biddinghuizen nog niet ontdekt. Dus wees er snel bij zou ik zeggen. Maar dat onontdekte, dat kun je van de Cuzco en de Sacred Valley niet zeggen. Want enig toeristenoverstrominggevaar is hier wel aanwezig. Alarmfase oranje!

Het centrum van Cuzco is volgestouwd met bergsportwinkeltjes. Er zijn zefls winkeltjes waar je nutella kunt kopen en andere producten waar toeristen ECHT niet twee weekjes zonder kunnen.

Er zijn honderden hotels in deze stad.. En natuurlijk ook honderden restaurants waar je alles kunt eten wat de toeristensmaakpupillenmaag zich maar kan wensen. Met dito prijzen uiteraard. Het is het soort plekken waar ik me niet geweldig thuis voel. Je geeft al gauw teveel geld uit en meestal wil ik graag weer verder trekken. Verder trekken naar plekken waar niets gebeurt. Waar minder toeristen zijn. En meer locals. En waar geen nutella is. Nutella kan ik in Biddinghuizen ook wel kauwen.

Maar ik moet nog ietsje bijkomen van mijn recente ziekzijn. En dat kan mooi hier. Vroeg in de ochtend vertrok ik naar de Sacred Valey en om een lang verhaal kort te maken: hier zijn de foto's.......

VVV

'Ie bent zo wit als een laken jong'. (uitspraak van mijn moeder)

Ziek zijn is nooit fijn. Zeker niet als je in den vreemde bent. En al helemaal niet als je alleen bent. Dan zou het fijn zijn als pleegzuster bloedwijn 's ff langs kwam om te kijken hoe het met de patiënt ging. Maar de pleegzuster heeft denk ik een paar ATV dagen opgenomen. 'De dagen moeten op zo tegen het einde van het jaar'. Dus dat ze mij een glaasje bloedwijn komt brengen......vergeet het maar.

U bent even verstoken gebleven van berichtgeving uit het verre Peru. Fijn voor u. Kon u mooi 's ff wat voorbereidingen treffen voor het kerstdiner. De kalkoen killen. Een haas schieten. Een Cavia de nek ...... Nou ja, kijk maar even wat uw voorkeur heeft. Ik zou voor de Cavia gaan.

Waarom toch de Cavia?

Nou! Behalve mijn persoonlijke aversie tegen deze toch enigszins gemankeerde mislukte en aan de evolutiewaarderingcommissieaandacht doorgeglipte, ontsnapte viervoeter die, mocht u hem (nog) niet kennen, het is dat dier dat in zo'n kooiwieltje een beetje vicieuze cirkeltjes loopt te lopen. Ja, die dus!!

Welnu,het dier is het in Peru een Nationaal gerecht. Het staat in elk restaurant op de kaart. En ik heb het al gegeten. En ik weet het niet. Je weet het immers nooit. Maar misschien heeft deze Cavia mijn wel gekild. En dacht het dier: Gerrit Pleijter uit Olanda. It's paybacktime!!!

Ik ben dus ziek geworden. En ik ben geen arts maar dat het maag- en darmklachten betrof dat is een zekerheidje. En ik weet niet of er veel geld mee te verdienen is maar ik ga binnenkort mooi een VVV kantoor-tourtje op starten: hoe-kom-ik-zo-snel-mogelijk-van-mijn-bed-naar-het-toilet. En ook nog op de meest onverwachte momenten. En ook heel vaak. Ik weet inmiddels precies de route: bij het dertiende vloertegeltje rechts, precies waar de voeg ontbreekt, en dan in rechte lijn naar het toilet...... Wat een gekloot. Gelukkig was er een 19- jarig Engels meisje die zich om mij bekommerde. (waar waren die meisjes toen ik 19 was? (Ja lach maar, heb 't zelf maar 's....)

Ik zal u de verdere details besparen. Maar alle lichaamsopeningen zijn ten volle benut. Inmiddels ben ik als weer voor 70% de oude. En dan zijn er natuurlijk weer onder u dat dat weer spijtig vinden.....

Wel dreigde met dit ziek zijn mijn reisschema enigszins in de Periviaanse Sopa te lopen. Maar dat heb ik opgelost door het trace Hucacina – Cuzco te fietsen en van tijd tot tijd een lift te nemen met een busje. Fiets d'rop en karren maar. Voelt wel een beetje als valsspelen, maar benen en lijf waren echt te slap om dit loodzware (van zeeniveau naar ruim 3300 meter) traject fietsend te volbrengen.

Vlak voor ik vertrok heb ik in kader; kom Gerrit geef je leven 's wat diepgang jong' een bezoek gebracht aan het Ica Regional Museum. Heb ik mooi wat opgestoken waarom die zandduinen zich hier vormen en hoe de oorspronkelijke bewoners zich in leven wisten te houden. Je hebt er op zichzelf niets aan, maar tis leuk om te weten.

Uiteindelijk na veel vijven en zessen en een fantastisch mooie rit rolde ik met deze gecombineerde bus-fiets-reis op zondag de 22e in Cuzco binnen.

Dit tracé had ik heel graag helemaal fietsend gedaan maar dat moet ik maar bewaren voor een volgende gelegenheid.

Er liggen nog massa's mooie fietskilometers voor me.

Adios

DAGPECH

'Zo, ik ben een kilootje of wat lichter'.

Om elk misverstand meteen maar uit de weg te ruimen: ik zelf niet. Dat zou pas echt fijn zijn. Maar mijn fietstassen wel. Die wegen sinds een uurtje of wat een ietsje minder. En dat is natuurlijk ook fijn. 'Alles wat een fietser thuis laat is immers mooi meegenomen'. Maar eerlijk gezegd is het niet geheel vrijwillig dat ik nu wat minder spulletjes heb.

En de dag begon zo mooi. Ik vertrok uit Paracas. Vriendelijk afscheid. Lekker weer. Rustige weg. Niks aan het handje. Na drie kwartier fietsen kwam ik weer op de grote Highway. En die hield zich ook opvallend rustig.

Het landschap kenmerkt zich door grote zandduinen links en rechts van de weg. Er wordt heel en af en toe een poging gedaan tot iets van landbouw. En ik zie van tijd tot tijd ook wijnbouw. Maar 99% van wat ik zie bestaat uit zand.

Mijn watervoorraad vliegt er door. Het is echt knetterwarm. Onderweg scoor ik nog een fles water en een zakje chips. Na 4,5 uur fietsen rol ik een dorpje binnen. Daar bestel ik een Sopa d' Pollo (soep) en Aroz d' Pollo (rijst met kip).

Sopa's zijn hier volop verkrijgbaar. En dat is fijn. Want ik ben er gek op. Voor ongeveer 50 eurocent krijg je een aquarium vol voorgeschoteld. Nadeeltje is dat het veelal lauwwarm geserveerd wordt. Meteen binnen lepelen dus maar die meuk.

Ik heb m'n fiets tijdens het kauwen van bovengenoemde maaltijd zo geposteerd dat ik 'm voor ¾ kan zien. U voelt 'm al aankomen........ bij het wegfietsen valt mij oog op een opstaande rechterfietstas. Het gedeelte van de fiets waar ik het oog dus niet op had. Fuckerderduck!!

Gedurende mijn carrière als kasteelbeheerder was er een periode dat er fietsen van kasteelgasten werden gestolen. Gemiddeld twee per week. De boeven wisten precies hoelang gasten 'binnen' waren en in die tijd sloegen ze hun slag.

Het viel mij op hoe de eigenaren van die fietsen vaak helemaal van slag raakten als ze bemerkten dat hun fietsen gestolen waren. De meesten waren helemaal van het pad af. Helemaal in de war. En ik vroeg mij dan af of mij dat ook zou gebeuren. Of ik ook zo ontdaan zou zijn.

Toen ik zeventien was maakte ik een fietsreisje door Belgie en Luxemburg. Op mijn Gazelle 'flying Dutchman'. Zonder met versnellingen. Ergens tijdens die reis geraakte ik in Brussel. Zo groen als gras was ik. Ik had zo'n wijde pofbroek aan met van de zakken genaaid op de zijkanten van de broek. En daar zat natuurlijk alles in: paspoort, fietssleutel, pasjes, de hele meuk. Een groep zwervende meisjes wist er wel raad mee. Dat was mij eerste beroving. En tot vandaag ook m'n laatste.

Ontdaan ben ik niet. Immers mijn fiets is ook niet gestolen, echter met een licht katterig gevoel fiets ik verder. Komt ook omdat ik nog niet precies weet wat 'de schade' is. Laptop (dus ook al mijn foto's), I pod, paspoort, bankpassen....... ? Omdat ik geen zin heb om dat allemaal op straat 's fijn te gaan inventariseren fiets ik verder. Daarbij, het spul is toch al weg. Het nu meteen uitzoeken helpt me toch niet verder.

Helemaal mee zitten (letterlijk en figuurlijk) deed het vandaag toch al niet. Ik werd namelijk gekweld door een gruwelijke vorm van zadelpijn. 'Negeren Gerrit'. Ja, k’zou wel willen, maar het gaat echt niet. Ik heb een wondje en dat wondje zit precies waar mijn zitvlak het zadel raakt. Om de zoveel kilometer stap ik af. Ik verzet het zadel gedurende de reis wel 10 x. Maar echt fijn wordt het niet.

Ik besluit vlak voor de stad Ica de afslag te nemen naar Huachina. Mijn reisgids verhaal over een spectaculaire zandverstuiving. Het 'leest' net iets te toeristisch. Maar ik neem de gok.

En dat was een goed gelukte gok.

Wat een vervreemdende plek. Rondom iets van een kunstmatige gecreëerde oase, met palmen en een heus roeivijvertje precies in het midden, liggen zandduinen. ik schat 150 meter hoog. Sommige zelfs hoger. Ze omringen de oase. Fantastisch mooi! Je kunt er met een zandcross auto naar boven gebracht worden en met een surfboard naar beneden glijden. Dan kan.

Maar een uurtje voor zonsondergang beklimt uw eigenste zandduinencorrespondent de duinen (en dat doe ik natuurlijk alleen voor U lieve volger, voor wie zou ik dit anders doen......) . De klim duurt maar liefst 20 minuten. 1 stap vooruit, halve stap terug. Dat werk. Maar boven gekomen wordt ik getrakteerd op een van de mooiste uitzichten ever.

Look at the pictures!!!

O ja, de diefstalschade: de dief kan leuk zo'n 60 Hollands talige boeken gaan lezen. En als de accu leeg is kan ie 'm mooi opladen m.b.v. mijn wereldstekkertje. Kan ie daarna fijn verder lezen. En hij/zij kan zijn water gaan zuiveren met mijn waterfilter. En mocht ie ziek worden dan hoeft dat niet meteen ten koste te gaan van zijn eigen risico qua financiën. Als ie een beetje gezond leeft kan ie de komende drie jaar vooruit met mijn medicijnvoorraad.

Allemaal vervelend. Zeker. Ik sleep die zooi natuurlijk niet voor niets mee. Maar overkomelijk.

En voordeeltje: Ik heb fijn een kilootje of wat minder mee te slepen.

Adios.

BERMSCHIETEN

U begrijpt dat deze hele onderneming een innige samensmelting – en werking is van mens en machine. Dus vandaag 's even aandacht voor de machine.

De dag begint vroeg. Tenminste ik vind 5.00 uur best vroeg. Zeker op vakantie. Maar iedereen staat hier rond dit tijdstip op. En ik doe dus maar mee.

Ik neem mijn fiets 's goed onderhanden. Ik reinig en smeer de ketting. Loop alle spaken na. Verhelp een irritant kraakgeluid in mijn zadel en zet het ding daarna een ietsje hoger. Ik loop alle moertjes na en vul een band met wat lucht en laat wat lucht uit een band.

Niet uit dezelfde band natuurlijk. Dat dat zou vreemd zijn. Tijdverspilling ook. Ik kan toch voor zeker mijn kostbare tijd beter besteden. Lieve lezer: U dacht toch niet........ ? Afin, ik stel mijn stuur wat bij en klaar is Kees. Er is natuurlijk geen Kees te bekennen. Laat staan dat ie klaar is. Die hele Kees is in geen velden of wegen. Ik heb nog gezocht, maar vinden ho maar. Had zeker een goed verstopplekje. Altijd als je Kees nodig hebt dan is ie 'm gesmeerd. Als ie er wel was geweest had ik ie verdorie mooi dit klusje kunnen doen. Nu stond ik er weer alleen voor. Mooi kut.

Hoe dan ook: na al die woeste arbeid kunnen we veilig zeggen: 'we are ready to go'!

Echter dat klinkt net ff leuker dan het is. Het is namelijk soepkippenweer. Warm en vochtig. Normaal gesproken ideale omstandigheden voor goeie sex. Maar daar moet ik nu heel even niet aan denken. Waar ik aan moet denken is om in hele stukken Gerrit in de stad Pisco te geraken. Slechts 40 km van hier. Maar met een gevaarlijk kantje.

Gisteren ging de P.A. Highway nl, na 300 km, over in een tweebaansweg. En daarmee verdween ook mijn vluchtheuvelfietspad. Ik hoopte dat het verkeer zich enigszins aan de nieuwe omstandigheden zou aanpassen. Echter zoals verwacht knallen ze met een gangetje van 130 km onverminderd hard door. Voorspelbare knakkers zijn het. Ik moet met het wegvallen van de vluchtheuvel op het uiterste stukje van de rijbaan fietsen.

De chauffeurs op deze weg zijn alleen bereid om te remmen voor een barierre. Een obstakel. Ik hoopte een obstakel te vormen in de ogen van deze kamikazepiloten. De werkelijkheid wil anders. Deze fietser uit Holland is een detail. Een vervelend detail. Iets dat uit de weg geruimd moet worden. Ze blazen me gewoon van de weg.

Maarrrrrrrr ze hebben buiten de waard gerekend. Ha ha!! Ik heb een geheim wapen. Een onverwacht dingetje. Iets dat ik zo uit de hoge hoed tover. Een aap uit de mouw. Iets waar ze geen rekening mee hebben gehouden. Ik lijkt potdomme Hans Klok wel. Of Tita Tovenaar, dat keur ik ook goed.

Zak zeggen wat het is? Ik heb een spiegeltje!! Ha ha!!!!!!

En. Niet onbelangrijk: ik gebruik 'm ook. Ik kijk meer in het ding gedurende 1 minuut dan in al mijn autorijlessen bij elkaar (ik ben destijds 5 x gezakt voordat men mij volledig terecht pas het felbegeerde roze papiertje in mijn handen drukte…….., kortom u heeft beeld.......).

Ik zal je verklappenhoe ik mijn tactische plan ten uitvoer breng.

Steeds als er zo'n gevaarte van achter aan komt denderen en draven, doe ik in eerste instantie net of ik 'm niet hoor. En blijf gewoon fietsen waar ik op dat moment fiets. En als het gevaarte me dan op enkele meters genaderd is, dan pas, op het allerlaatste moment, dan schiet ik de berm in. Ha ha!! Hadden ze nooit verwacht. Heb ik ze mooi tuk.

Maar ff zonder dollen. Het is wel een helse onderneming op deze wijze. Ik kom er ook achter dat ik bij de aankoop van mijn fiets een belangrijke vergissing heb begaan. Toen de verkoper aan Gerritje vroeg of de fiets ook voorzien moest worden van een kleurtje, zei Gerritje: Neeuh, doe da ma nie. Doe maar gewoon zwart. Niet te opvallend. FF later kocht ik mijn fietstassen. Vijf in getal. U raad de kleur al. En nu fietst er dus een zwart gevaarte op de weg. Lekker onopvallend Gerrit. Om die reden fiets ik met een kanariegeel shirt en een Max en Alex knaloranje jas. Ik krijg er vast geen verkering mee, althans geen vaste, maar zien zullen ze me. Verder tooi ik me met een reflecterend hesje en bij schemer draag ik een flikkerlichtbovenarmarbandofhoetthefuckinghell zo'ndingookhetenmag.

Verder ben ik retescherp de hele dag (vooral de laatste twee fietsuren!!) en ben ten allen tijde bereid om een duik in de berm te nemen. Ik noem het bermschieten. Maar eh.....no worries!!

* als ik toch dood moet dan liever zo dan eh.....achter een winkelwagentje bij de Aldi of Liddl of een eventueel andere desnoods uw favoriete supermarkt naar keuze. Kijk maar even. In principe is elke keuze ok. Maar de Aldi of de Lidll lijken mij het meest sneu. Dat lijkt me goddomme echt helemaal nix. Zitten jullie daar. Op mijn uitvaart. Een beetje te snikken en te snotteren. En daar staat dan zo'n toespraakmevrouw of nog erger -meneer die er dan nog iets van een verhaal van moet maken. Lijkt me in het geval van een winkelwagentjedood ECHT onbegonnen werk. .... 'ach lieve aanwezigen nog an toe, wat een verdriet..... onze Gerrit ...........dood.......achter een winkelwagentje.....en ook nog toen ie net de gezinsverpakking keukenrollen (in de aanbieding nog wel!!) wilde pakken....of de wc-rollen.....(maar die waren niet in de aanbieding dus dat lijkt me onwaarschijnlijk mits ik natuurlijk heel nodig moest schijten, dan weer wel) we zullen het nooit weten.........wat zullen we 'm missen........
Da's toch weinig heldhaftig of niet dan? Achter een winkelwagentje! Dan kun je toch niet echt van een heroische dood spreken toch?!


Ik fiets door een gebied dat in 2007 door een flinke aardbeving is getroffen. Het nieuws is wellicht aan u en zeker aan mij destijds voorbij gegaan. Grote delen van de steden die in dit gebied liggen zijn hierbij verwoest. Meer dan 200 doden waren te betreuren. De herstelwerkzaamheden zijn nog steeds in volle gang en het gaat allemaal nog wel ff duren. De stad Pisco is ook flink beschadigd. Aanvankelijk was mijn plan om de stad te gaan bekijken. Maar ik besluit om van het plan af te wijken. Want waar zijn plannen anders voor? Pisco laat ik links liggen en ik sla rechtsaf (links zou vreemd zijn nietwaar?) richting Paracas. Paracas zou aan de zee moeten liggen. Ik ben inmiddels dol op havenstadjes vooral omdat Jan Smit en zijn olijke kornuiten met plechtig hebben beloofd daar niet op te zullen duiken. Met die niet geheel onbelangrijke zekerheid maal ik de trappers met veel plezier rond.

Het is een kleine omweg. Vijventwintig kilometer. Maar wat? Deze hele reis, wat zeg ik, het hele leven is een soort van omweg. Dus dit stukkie kan er ook nog wel bij. Daarbij kan ik de drukke Highway voor even verlaten.

De temperatuur heeft inmiddels weer ´normale´ waarden aangenomen. Het is veertig graden. Ik wordt getracteerd op een desolate zeeweg. Zo'n weg met de zee rechts en verder niets. Zo'n weg die wel ergens begint maar uitloopt op niets. Je kunt me geen groter plezier doen. Heerlijk!

Het fietsen gaat hier soepeltjes en fijn. Na 60 km rol ik het plaatsje binnen en vind snel een eenvoudig doch voedzaam onderkomen.

Enne, wat zijn je plannen Gerrit? Waarheen leidt de weg mien jong?

Well, manana (morgen) neem ik afscheid van mijn grote vriend: de zee. Weliswaar is het vantongzoenen net niet helemaalgekomen maar we zijn toch een soort van vriendjes geworden. Maar de vriendschap loopt op z'n eind.

Ik ga het binnenland in. Op weg naar Ica.

Adios.