De Lustige Reiziger

Strakheet

Het is half tien des ochtends.


We bestijgen onze karretjes. En trachten daarna heelhuids de stad uit te komen. Wel in deze volgorde, anders kon het voorwaar nog wel ’s een langdurige kwestie worden.

Er is weliswaar een poging gedaan om naast de hoofdweg – door een overijverige ambtenaar - iets van een fietspad aan te leggen. Maar dat is nauwelijks fietsbaar. Het zijn korte stukjes die steeds met een hoge stoeprand eindigen en ook weer met hoge stoeprand beginnen. Geen beginnen aan dus.

We verkiezen de hoofdweg himselff. Eerst is het vrij hectisch, echter gaandeweg wordt het verkeer minder. Helaas geldt dat ook voor het de kwaliteit van het asfalt. We cirkelen wat om de grote gaten heen en proberen onze fietsen zo hobbel de bobbelloos mogelijk een weg te laten banen.

Gisteren heeft een toestel van de ijzeren vogelvloot van onze Franse vriendjes en vriendinnetjes van Transavia ons veilig en wel afgeleverd op het vliegveld van Tirana. Tirana is de hoofdstad van Albanië. En Albanië op haar beurt is een Balkanlanden.

U komt er vast niet elke dag. En wij ook niet. En daar gooien we precies het pijltje in de alibiroos. Een prima reden dus om dit land ’s te vereren met een bezoek.

Dit bijna 3 miljoen inwoners tellende land ligt een beetje kalfverliefd ingeklemd tussen Montenegro (Noorden) en het het zuiden flirt wat met Griekse schonen. Het westen doet lepeltje lepeltje met Kosovo en Noord Macedonië. Oostelijk probeert het land aan te pappen met de Adriatische zee. En mocht je je watertrappeldiploma op zak hebben, dan kan je zo – met twee vingertjes boven water, dat dan wel - naar Italië trappelen. En daar afgekomen een welverdiende kartonnen pizza wegkauwen. Want dat land is niet ver verwijderd van Albanië.

Nou, daar zo ongeveer kun je je eigenste punaise in de landkaart drukken.


Gisteren (op de dag van aankomst) vond ik mezelf terug in een vrij stoffige, naar olie riekende en wat verlopen parkeergarage. Met zo hier en daar een verlaten auto. En een verdwaalde motormachine. En tussen als dit fraais deed ik een interessante poging om onze karretjes – of wat er voor door moet gaan - uit de fietsdozen te hijsen en ze weer in elkaar te ministecken*.
(* ministecken deed je eind jaren zeventig, ik heb ooit een paardenhoofd geministeckt…..niet als hobby oppakken, tis kutwerk, is een tip, doe er je voordeel mee).

Toen de karretjes/dozen de vluchthaven uitrolden had ik het al gezien. Een doos was flink beschadigd. En dan is het altijd maar weer spannend of de fietsen er heelhuids uit tevoorschijn komen. En toen moesten ze nog vervoerd worden naar het hotel. En dat ging ook niet zonder slag of stoot. Of eigenlijk wel. Er kwamen de nodige slagen en stoten aan te pas. Met vereende krachten wisten de taxichauffeur en ik een vierkante vorm in een cirkel te douwen. Kortom: de dozen zouden eigenlijk niet in zijn auto moeten passen, maar we krijgen het toch passend.

Helaas heeft mijn karretje dit reisavontuur niet geheel ongeschonden doorstaan. Maar de wielen draaien nog. Het stuur stuurt nog. De trappers malen de ketting rond. Wat heeft een fietsmens nog meer nodig?

De heersende temperaturen van vandaag (en vermoedelijk de komende twee weken) maken dat we na een kilometer of 15 fietsen, geheel en al doorweekt van het zweet ben. Er zit geen droge draad meer aan onze lijven. Het is een graadje of 32 en dat gecombineerd met een hoge luchtvochtigheid maakt dat ik echt even serieus overweeg of het verstandig is wat we aan het doen zijn. Ik kan echt hele hoge temperaturen aan, maar ik heb nog nooit de combinatie hoge temperaturen en een hoge luchtvochtigheid ervaren. Althans, niet op deze wijze.

Ik maan mezelf tot rust. Het is de eerste dag. Gewoon rustig blijven doortrappen. Verstandige keuzes blijven maken. En een daarvan is: blijven drinken.

We fietsen naar het het westen naar de kust. Zodra we daar zijn aangekomen wanen we ons in Zandvoort aan Zee. Wanstaltige hotels rijzen op uit het strandzand. We fietsen langs mensen met gebruinde lijven. Kinderen met zwembandjes om. En we zien tussen de hotels door, kleurige parasols wapperen in de wind..

Nieuwsgierig geworden slaan we zomaar een weggetje in. En plots staan we oog in oog met de Adriatische zee. Daar word ik blij van. We eten wat bij, drinken nog meer. En vervolgen onze weg.

De route is niet zo heel mooi. We fietsen parallel aan een vrij drukke snelweg. Ik fotografeer een vogelverschrikker (ik spaar hunnie foto’s teneinde ooit nog ’s een vogelverschrikkerwereldposter samen te kunnen stellen).

De zon blijft onverminderd strakheet haar stralen over ons uitstrooien.

Na ruim 50 kilometer knijpen we in de remmen. Toevallig precies op de plek waar een hotel staat. Er staat een bed voor ons gereed. Er is iets van een douche (wat zijn we daar aan toe!!) Iets van eten. En iets een koele koelkast met lauwe drankjes.


Dit was een bemoedigend eerste afspraakje met Albanië. We plakken er nog maar ’s dagje aan vast.

Morgen.

Gerrit


Reacties

Reacties

Roel

Gerrit, al weer op weg? Cool man.
Minisyeck er de komende tijd maar lustig op los, ontspannend
Fiets en geniet

Gerrit Pleijter

Thanks Roel!!

Bert

Zweet op mijn rug van 24 taxus sjouwen en nou nog poten. taxusheet!

Marleen

Fijne fietsvakantie weer samen.
Leuk om weer mee te lezen ;-)

Gerrit Pleijter

Ha Ha, zijn ze mooi Bert?

Willem Lammertink.

He jongen en meisje, mooi land Albanië! Vroeger toen Hotscak, of hoe heet die ook al weer, aan de macht was, leek dat land niet te bestaan! Mijn lief heeft er vorig jaar 14 dagen rond gewandeld in de Vervloekte Bergen (lees: Herberg met met het Hoefijzer van A. Den Doolaard). Dat was bij Teth. Was prachtig en ze is gezond weer thuis gekomen. Kortom, geniet van jullie vakantie ! ?⛺?

Sandra

Heel veel fietsplezier gewenst!!!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!